Het is beter als kinderen niet hun bord leeg hoeven te eten. Dat bleek onlangs (weer) uit nieuw onderzoek van het European Journal of Clinical Nutrition, zo meldt rtlnieuws. Kinderen moeten namelijk zelf leren wanneer ze “ vol” zitten, zodat ze later niet te veel eten. Het blijkt dat ze op deze manier op latere leeftijd meer kans hebben op een lagere BMI.
Menig peda-moei-goog verkondigde eerder al keer op keer;
“Ouders bepalen wanneer er gegeten wordt en wat, kinderen bepalen hoeveel.”
Het eerste deel van deze “wijsheid” gaat hier thuis goed. Bepalen wat er gegeten wordt: check. Maar dan…
Ik schaam me diep. Wij bepalen hier in huis namelijk hoeveel de kinderen eten.
Dat begint al in de keuken. Want wat mij een zeer schappelijke hoeveelheid lijkt om te koken, blijkt in de praktijk een schandalig onoverkomelijk probleem. De nietsvermoedende kinderen, koken vrolijk met me mee, niet wetend wat voor drama hen te wachten staat.
Vol vreugde ‘bescheppen’ we hun vrolijk gebloemde bordjes, (heel verantwoord van het kleine soort) van alles een beetje, en groente een beetje meer.
Aan de eettafel komt mijn pedagogisch wanvermogen tot een ultieme climax: na twee, misschien zelfs 3 keer opscheppen vinden we namelijk dat onze kinderen in verhouding met hun lichamelijke inhoud, genoeg hebben gegeten. Zelf zijn ze het daar totaal niet mee eens; ze hebben namelijk nog enorme honger!
Ze moeten zelf leren wanneer ze vol zitten, maar ik ben degene die hun hersenen de tijd geeft te ontdekken, en het signaaltje terug te geven, dat ze toch echt wel genoeg hebben. En daar hebben je hersenen 20 minuten voor nodig toch? Nou dan liggen we al lekker op het grote bed met z’n allen te lezen…
Geef een reactie